Van Binnenstadsmanager naar Transitiemanager in Vlaardingen
- Herman van Nieuwenhuizen
- 19-05-2022
- Nieuws
Namens de gemeente gaat ze in gesprek met eigenaren van panden die net buiten het ‘kernwinkelgebied’ liggen. En ook met ondernemers en winkeliers spreekt ze. Het gaat dan over het omvormen van (voormalig) winkelpanden op onder meer de Hoogstraat Noord (tussen de Korte Hoogstraat en de Lucaskerk) en Zuid (tussen het Liesveldviaduct en de Markt) naar een woonbestemming. Of over verhuizen van winkels naar het Veerplein of het Liesveld. ,,Maar als een ondernemer zegt en vindt dat ‘ie goed zit’ op de huidige plek, dan is dat prima’’, vertelt ze. Marian Langbroek wil vooral in gesprek gaan en kijkt naar de lange termijn. ,,Maar ik ben zeker ook resultaatgericht’’, zo laat ze niet na te benadrukken.
Bij een gezamenlijke wandeling over de Hoogstraat, de Afrol, Gedempte Biersloot, het Liesveld en een stukje Veerplein schetst Langbroek de leegstand, de oorzaken ervan (corona maar ook veranderend winkelgedrag en het ontbreken van goede businessplannen) en de panden waar wel winkels zitten maar waar nauwelijks klanten zichtbaar zijn. Daarnaast de hoge aantallen kappers, nagelstudio’s en outlet-achtige winkels; ‘rommelwinkels’, aldus één van de ondernemers die we spreken: ,,Geen verrijking, we schieten er weinig mee op in het centrum’’. Over de winkels waar eigenlijk nauwelijks of nooit klanten waarneembaar zijn zegt Langbroek dat er ook gekeken moet worden of hier sprake zou zijn van ‘ondermijning’: wordt hier nog wat verkocht of eerder witgewassen?
Inmiddels is Marian Langbroek ‘nummer zoveel’ in de rij van de van buitenaf ingehuurde krachten die met de opdracht het centrum weer ‘levend’ te maken de straat op wordt gestuurd. In 2011 hadden we Paul Smolders die Stichting Stadsherstel ‘deed’; daarbij werd veel geld gestoken in huursuppletie (tijdelijk werd een deel van de huur van startende winkeliers betaald) en het opknappen van gevels en pandjes aan de Hoogstraat. Daarvan zijn feitelijk nauwelijks of geen resultaten zichtbaar op Hoogstraat Noord, waar het werkgebied van Stadsherstel vooral lag. Later kwam binnenstadsmanager Jan Traats, die een dergelijk ‘kunstje’ in andere steden blijkbaar al eerder ‘geflikt’ had, maar Traats redde het niet en vertrok. Meer dan eens verzuchtte hij dat vooral de ambtelijke molens de andere kant op leken te draaien, en hij niet genoeg medewerking kreeg.
In 2017 kreeg, onder toenmalig wethouder Bert van Nieuwenhuizen, het huidige centrumplan vorm (eigenlijk al in november 2016) en daarin is sindsdien niet veel veranderd; een plan wat overigens mede door consultancybureaus is vormgegeven en begeleid, onder meer De Stijlgroep en Urban Solutions. En dat, zo is de voorzichtige schatting, ook al tonnen gekost heeft. In kort bestek gaat het hierom: er zijn teveel winkelmeters, krimp het centrumgebied wat dat betreft in en vorm panden om. Genoeg ambtenaren die zich er de afgelopen jaren mee hebben bezig gehouden, maar er zijn nog nauwelijks of geen resultaten bereikt. Het opzetten van een subsidiepot een jaar geleden, waarbij geld werd verstrekt voor het verhuizen en inrichten van een winkel in het kernwinkelgebied (voornamelijk Liesveld, Veerplein en Korte Hoogstraat) heeft ook nog nauwelijks iets uitgehaald. Welgeteld één aanvraag is nu in behandeling van een eigenaar van een pand die er exclusief een woonbestemming aan wil geven.
Transitiemanager Marian Langbroek moet dat helpen veranderen, en haar inzet wordt met subsidies ondersteund door zowel de Provincie Zuid Holland als de Gemeente Vlaardingen. Die hebben respectievelijk €20.000 en €30.000 uitgetrokken voor de transitiemanager om de binnenstad om te helpen vormen. Dat maakt €50.000 voor in principe een jaar lang eens per week in gesprek gaan met winkeliers en pandeigenaren. Dat is een boel geld maar eerdere binnenstadsmanagers leken vergelijkbare bedragen op te strijken. Voor een opdracht waarbij je niet op concrete cijfers wordt afgerekend ( hoeveel winkelpanden op het Liesveld extra bezet na een jaar, bijvoorbeeld) is dat echter wel een onwaarschijnlijk hoog bedrag.
En dan is het ook nog eens lastig onderhandelen met een groot deel van die pandeigenaren: Zo is Multi (vastgoed) eigenaar van de binnenring op het Liesveld, inclusief dus de leegstand, en daar zit de Amerikaanse investeerder Blackstone achter als hoofdeigenaar. Die heeft tot nu toe niet heel veel laten zien van de belofte dat ook grote partijen / eigenaren van winkelvastgoed een steentje, en geld, zouden bijdragen als de gemeente ook over de brug zou komen. Blackstone kreeg het onlangs in de landelijke media nog te verduren toen bekend werd dat deze Amerikaanse investeerder fiscale trucs gebruikt om in Nederland belasting te ontwijken. Leegstand van vastgoed zou in een complexe constructie afgeschreven kunnen worden als verliespost.
Ondertussen is er leegstand, waar buurtwinkelcentra als De Loper, het Van Hogendorpkwartier en Plein West het beter doen. Laat staan naburige steden als Maassluis, waar Koningshoek een aantrekkelijk alternatief is om te shoppen: overdekt, vrijwel alles gevuld en gratis parkeren. Of Zoetermeer dat vrijwel geen leegstand kent, waar de winkelomgeving ‘bijgehouden’ wordt (schoon en heel) en je de eerste twee uur pal in het goed bereikbare centrum gratis kunt parkeren in de garage. In Vlaardingen gaat het niet alleen moeizaam, het ‘vullen’ van de winkelpanden, maar grote partijen (in grote panden) als C&A hebben ook nog eens hun vertrek aangekondigd voor dit jaar. Nieuwkomer Die Grenze, de outlet-drogisterij die vandaag haar deuren op de begane grond van het V&D pand aan het Veerplein opende maakt het daarbij niet echt meer divers qua winkelaanbod.
De resultaten van nog geen drie uurtjes die we vandaag doorbrachten in het centrum van Vlaardingen daarentegen kostten €7,50 aan parkeerkosten, tenminste een ‘stief’ kwartiertje wachten voordat we alleen al gesignaleerd werden bij een lunchroom in het centrum en een behoorlijk aantal winkelmedewerkers dat vooral en zichtbaar met hun smartphone bezig was achter de kassa.